Het ringkern geheugen bestond uit vele magnetisch te polariseren ringetjes.
Door ieder ringetje liepen vier draadjes; twee om een specifiek ringetje te selecteren, een om er een nul of een in te schrijven (polariseren) en een om uit te lezen of er een nul of een in stond.
Het aansturen en uitlezen was nog analoog, door electrische stroompjes door de draadjes te sturen.
Door het roterend symmetrische ontwerp konden met vier dezelfde kaarten (zie foto) alle ringetjes van de vier kaarten als één totale matrix van ringkern geheugens worden gebruikt.
De opslag capaciteit was slechts 625 bytes, dus nog geen miljoenste deel van de huidige opslag kaartjes. Dit magnetisch geheugen werd heel snel ingehaald door de halfgeleider geheugenships.
Druk op 'Prive' om terug te gaan.